zaterdag 24 mei 2008

Globalisering en terreur

"The danger of the corpse factories and holes of oblivion is that today, with populations and homelessness everywhere on the increase, masses of people are continously rendered superfluous if we continue to think of our world in utilitarian terms."

REFERENTIE:

H. Arendt, The origins of Totalitarianism, San Diego: Harvest/HBJ (1973), p.459

COMMENTAAR:


Volgens Arendt is één van de typische kenmerken van totalitarisme de ondergeschiktheid van de mens aan de bewegingslogica van de Wet van de Natuur (of de Geschiedenis). Een gevolg van deze logica is dat delen van de bevolking overbodig worden (enkel die delen van de bevolking die een rol krijgen toebedeeld in de ontvouwing van het plan van de Natuur of de Geschiedenis, hebben een recht op bestaan - de rest van de bevolking is enkel een hindernis voor deze voortschrijdende realisatie van de Wet), en dus geëlimineerd moeten worden. Deze grootscheepse eliminatie wordt begeleid door de totale terreur.

In bovenstaand citaat geeft Arendt aan dat de idee dat delen van de bevolking overbodig zijn, niet eigen is aan het totalitarisme, maar optreedt in elk zuiver utilitair wereldbeeld. In het bijzonder betekent dit dat in een kapitalistische economie, waarin `alles Ständische und Stehende verdampft, alles Heilige wird entweiht', een klasse van overbodigen ontstaat. Oorspronkelijk was dit het Europese stedelijke `lumpenproletariat', maar in de hudige fase van de neoliberale globalisering wordt ook de volledige bevolking van een volledige geografische regio overbodig verklaard (grote delen van Afrika, de Palestijnse gebieden,...).

Deze bevolkingsgroepen worden, net zoals in de totalitaire logica, onderworpen aan een vorm van totale terreur. Ze verhinderen namelijk de ontwikkeling en ontplooiing van de Economische Wet. In het gebied van de Afrikaanse Grote Meren wordt de bevolking blootgesteld aan een continue orgie van geweld, die gans de bevolking treft, omwille van een rijke grondstoffenlaag die zich toevallig onder hun voeten bevindt. In de Palestijnse gebieden staat een ganse bevolking voortdurend bloot aan de terreur van een lokale imperialistische macht, wiens taak erin bestaat de militaire uitvalsbasis te verschaffen om de olierijke gebieden onder controle te houden.

Maar, in tegenstelling tot Arendts totalitaire terreur, genereert deze totale terreur een tegenreactie. De overbodigen en verworpenen verzetten zich tegen dergelijke vorm. Dit betekent dat deze economische terreur minder totaal is dan de totalitaire terreur.

De huidige fase in de kapitalistische globalisering zou dus een verklaring kunnen geven voor bepaalde vormen van strijd met een terroristisch karakter. Merk op dat het hier gaat om een economische verklaring die zeer specifiek is. Hier wordt niet de globalisering an sich als oorzaak geduid, maar een bepaalde fase in die globalisering. Ze is ook specifiek in de betekenis dat ze slechts voor bepaalde vormen van gewelddadig politiek optreden een oorzaak aanduidt. Ik beweer dus niet dat "het terrorisme" te verklaren is aan de hand van "de globalisering". Dergelijke verklaring lijkt mij moeilijk te geven: ze ontkent immers het specifieke en contingente karakter van de verschillende uitingen van zowel "terrorisme" als "globalisering". Algemener: het is niet omdat:
1) wij bepaalde fenomenen groeperen onder de term "terrorisme" en bepaalde andere fenomenen onder de term "globalisering"
2) een verband bestaat tussen enkele "terroristische" fenomenen en enkele "globalisatiefenomenen"
er dan ook een verband zou moeten bestaan tussen "terrorisme" en "globalisatie"
(Dergelijke opmerking geldt natuurlijk ook voor "vrijheid" en "terrorisme" of "rationaliteit" en "terrorisme".)

Geen opmerkingen: